Nieuwe inzending P-NUTS Awards 2015: 42ste inzendingn P-NUTS Awards 2015: “De Energietransitie van Onderaf”
Website: https://www.tno.nl/nl/aandachtsgebieden/energie/sustainable-energy/new-markets-and-users/de-energietransitie-van-onderaf/
Naam inzender: Marijn Rijken (TNO)
Categorie: Mooiste Onderzoek Award
Beschrijving:
Het doel van dit onderzoeksproject is het versnellen van de energietransitie in Nederland door verbetering van de inzet van lokale duurzame energie-initiatieven. We hebben hiervoor toekomstperspectieven voor energie-coöperaties ontwikkeld en concrete samenwerkingsvormen met de belangrijkste stakeholders in de sector uitgewerkt.
Aanpak
In het onderzoek hebben we gekeken naar de samenhang tussen de verschillende rollen en niveaus binnen het gehele ecosysteem. We hanteerden in dit project een integrale multi-level aanpak, een multi-stakeholder benadering, en namen bottum-up als vertrekpunt. Het gaat in dit actuele onderwerp vooral om de wisselwerking tussen theorie én praktijk.
Om de resultaten te verspreiden heeft TNO een “serious game” ontwikkeld. Organisaties kunnen daarmee lokaal aan de slag om te experimenteren met nieuwe handelingsperspectieven en nieuwe strategieën voor samenwerking. In een strategisch rollenspel krijgen ze op een leerzame, efficiënte en vooral ook leuke manier inzicht in de belangen en handelingsperspectief van de andere partijen die aan tafel zitten. Die interactie en het inzicht dat daar uit voortkomt draagt bij aan de onderlinge samenwerking, bijvoorbeeld in het samen opstellen van een lokaal energieakkoord.
Context en/of korte geschiedenis:
Nationale en Europese doelstellingen op het gebied van duurzame energie zijn ambitieus. Burgers spelen een belangrijke rol in de realisatie van deze doelen, en het aantal duurzame, lokale energie-initiatieven stijgt in een snel tempo. De beweging van lokale energie-initiatieven loopt echter tegen knelpunten aan. Belangrijke knelpunten zijn het ontbreken van coherent en consistent overheidsbeleid, de afwachtende houding bij gevestigde bedrijven, en het ontbreken van realisatiekracht en verdienmodellen bij de nieuwe energie-coöperaties. Dit project stelt dat oplossing moet gezocht worden in de samenwerking tussen burgers, overheid en het bedrijfsleven: samen vooraf de agenda en doelstellingen bepalen en deze samen vanuit de individuele kracht van betrokken partijen uitwerken en realiseren.
In het programma Samenwerking Topsector Energie en Maatschappij (STEM) benadrukt de ook Topsector Energie de behoefte aan meer wederzijds begrip, inzicht in perspectieven en drijfveren tussen ‘de sector’ en ‘de maatschappij’. De energiesector moet werken aan haar maatschappelijk bewustzijn en de maatschappij aan haar energiebewustzijn. Dit project erkende deze uitdaging en bracht beide perspectieven aan tafel: de maatschappij wordt vertegenwoordigd door meerdere lokale energie coöperaties en de Verenigde Energie Coöperaties Noord Brabant, en aan de kant van de energiesector zijn zowel de energieleveranciers (Essent, Nuon, Eneco, GDF Suez en branchevereniging Energie Nederland) als de netbeheerders (via branchevereniging Netbeheer Nederland) vertegenwoordigd. Ook de Rabobank als coöperatieve financier doet mee. TNO voerde het onderzoek samen met deze partijen, en met financiële steun van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland uit.
Als start van het project is een inventarisatie gemaakt van de knelpunten die zich in de praktijk voordoen. Vervolgens zijn er drie toekomstscenario’s geschetst: een waarbij de transitie top-down wordt gerealiseerd in de vorm van een Europees gepland energie-grid, een bottom-up-scenario vanuit zelforganiserende burgers die lokaal energie opwekken, verhandelen en gebruiken en een hybride scenario dat uitgaat van het nationale beleid en een sterke marktwerking. Per scenario keken we welke “waarden” partijen met elkaar kunnen uitwisselen. En dan gaat het niet alleen om energie en geld, maar ook om waarden als leefbaarheid, draagvlak, werkgelegenheid, lokale economische ontwikkeling en dergelijke. Deze waardewebanalyse geeft inzicht in de manier waarop partijen tot elkaar kunnen komen, in samenwerkingsvormen.
Organisatievorm:
Het project heeft burgerinitiatieven als vertrekpunt genomen, en in het bijzonder gekeken naar coöperaties. Aspecten van deze van organisatievorm staan centraal in het hele onderzoek, zoals de drijfveren van initiatiefnemers en leden, de doelstelling van de organisatie, het verdienmodel, de realisatiekracht, het financieren van projecten, het werken met vrijwilligers, de continuïteit, etc. Vervolgens is zijn concrete samenwerkingen onderzocht met andere stakeholders zoals gemeenten, energiebedrijven, netbeheerders, maar ook coöperaties van coöperaties (overkoepelende organisaties).
In een voorbereidende onderzoeksproject “Succesfactoren voor lokale duurzame energie-initiatieven” heeft TNO expliciet gekeken naar de interne organisatie. TNO identificeerde toen de volgende succesfactoren:
• Realiseer een diverse teamsamenstelling (qua passie en professie),
• Maak rollen, taken, belangen en verwachtingen expliciet,
• Besteed voldoende tijd en aandacht aan interne groei,
• Realiseer vertrouwen door transparantie, consistentie en integriteit,
• Creëer één zichtbaar (fysiek) loket of aanspreekpunt,
• Reflecteer, leer en ga weer door.
Zie voor de rapport Succesfactoren voor lokale duurzame energie-initiatieven”: http://publications.tno.nl/publication/34606519/996ysl/TNO-2013-R11720.pdf
Financiering:
De onderzoeksresultaten laten hoe de ontwikkeling van een coöperatie gepaard kan gaan met de opbouw van de financiering van projecten met eigen kapitaal van leden, leningen bij een bank, en investeringen van aandeelhouders. We bespreken wat de van invloed van de verschillende financieringsbronnen is op risico, rendement en zeggenschap over de eigen organisatie. Als voorbeeld is een business case uitgewerkt voor het realiseren van een windmolen in een lokale gemeenschap in samenwerking met een bank.
Professionaliteit:
Uit ons onderzoek bleek dat professionaliteit, of eigenlijk het gebrek hieraan, een knelpunt is bij veel energie-coöperaties. Dit komt met name tot uiting bij het aangaan van samenwerkingen die nodig zijn om projecten te realiseren. Het gebrek aan professionaliteit heeft uiteraard te maken met het feit dat veel coöperaties pas recent zijn opgericht en het een lerende sector is. Inkomsten zijn vaak nog beperkt en de meeste coöperaties draaien op vrijwilligers. Vrijwilligersmoeheid bij projecten die een lange adem vragen zoals windmolens licht dan op de loer. Wat de sector van energie-coöperaties ook niet helpt is de enorme onderlinge diversiteit in doelstellingen en aanpak, die voortkomt uit de verschillende drijfveren van de initiatiefnemers. Zo zien we gedreven ondernemers die professioneel een coöperatie als onderneming runnen, maar ook gepassioneerde idealisten die de coöperatie vorm gebruiken als vrijwilligersorganisatie voor de lokale gemeenschap.
In het voorbereidende onderzoeksproject “Succesfactoren voor lokale duurzame energie-initiatieven” identificeerde TNO de volgende succesfactoren voor een professionele aanpak:
• Werk je idee uit,
• Zorg voor een aansprekende toekomstvisie, die verbindt,in combinatie met praktische korte termijn plannen.
• Stem doelstelling, aanpak en ambitieniveau af op de doelgroep,
• Bepaal je Key Performance Indicatoren,
• Houdt de schaal bewust lokaal en dus beperkt/klein,
• Maak gebruik van externe triggers die focus en momentum aan het initiatief kunnen geven.
• Realiseer toegang tot de benodigde financiële middelen,
• Ontwikkel een gezonde value case.
• Creëer passende rechtsvorm en organisatiestructuur,
• Kies een professionele, bedrijfsmatige aanpak – ook voor aansturen vrijwilligers,
• Zoek naar onafhankelijkheid en eigen verantwoordelijkheid …
• …en spreid ondernemerschap ten toon.
Aantrekkingskracht:
In het voorbereidende onderzoeksproject “Succesfactoren voor lokale duurzame energie-initiatieven” identificeerde TNO voor het werven van leden de volgende succesfactoren.
• Maak gebruik van bestaande lokale sociale structuren,
• Organiseer collectieve bijeenkomsten (soms gekoppeld aan bestaande events
• en spreek mensen persoonlijk aan,
• Gebruik creatieve communicatievormen,
• Communiceer lang en breed…
• … en communiceer daarnaast ‘onafhankelijk’
• Laat mensen het vooral zelf ervaren, niet alleen vertellen,
• Maak ‘an offer you can’t refuse’,
• Zorg voor een persoonlijk relevante ‘verpakkingswijze’ van de boodschap
• Maak het gezellig, leuk, makkelijk en vier samen de successen.
En voor het betrekken van de omgeving:
• Maak een uitgebreide scan van je netwerk en je omgeving
• Betrek de lokale overheid (vroegtijdig) bij het initiatief,
• Betrek de lokale ondernemers bij het initiatief,
• Betrek studenten/AIO’s vanuit (hoger) onderwijs voor specifieke taken,
• Kopieer successen en haal inspiratie bij andere initiatieven,
• Informeer en betrek andere stakeholders bij het initiatief (waar dit beide
• partijen versterkt),
• Realiseer bewust stakeholdermanagement en public relations (PR),
• Realiseer je dat stakeholders (nog) niet gewend zijn aan burgerinitiatieven en
• hun wensen/behoeften,
Exploitatie:
Ja, waardeproposities en concrete samenwerkingen met uitwisseling van waarden zijn uitgewerkt voor een zoncoöperatie, voor een windcoöperatie, en voor een gemeenschapscoörperatie die industriële restwarmte verdeeld via een warmtenet.
Als voorbeeld is een business case doorgerekend voor het realiseren van een windmolen in een lokale gemeenschap in samenwerking met een bank.
Regio:
De resultaten van het onderzoek zijn ontwikkeld voor burgerinitiatieven en samenwerkingspartners in heel Nederland.
In de onderzoeksmethode is gebruik gemaakt van een “living lab” aanpak, waarin geleerd is van de praktijk in o.a. Noord Brabant, Energie Lochem, De A in Apeldoorn, Deltawind in Goeree Overflakkee, en de Windvogel actief in heel Nederland.
Energiebron en techniek:
Het onderzoek heeft zich gericht op de organisatie, waardepropositie, en samenwerking met gevestigde partijen, en is in die zin energiebron en techniek-neutraal. In de uitwerking van specifieke voorbeelden is gekozen voor een zoncoöperatie, een windcoöperatie, en voor een gemeenschapscoörperatie die industriële restwarmte verdeeld via een warmtenet.
Kennisdelen:
Om de resultaten te verspreiden heeft TNO een “serious game” ontwikkeld. Organisaties kunnen daarmee lokaal aan de slag om te experimenteren met nieuwe handelingsperspectieven en nieuwe strategieën voor samenwerking. In een strategisch rollenspel krijgen ze op een leerzame, efficiënte en vooral ook leuke manier inzicht in de belangen en handelingsperspectief van de andere partijen die aan tafel zitten. Die interactie en het inzicht dat daar uit voortkomt draagt bij aan de onderlinge samenwerking, bijvoorbeeld in het samen opstellen van een lokaal energieakkoord. Het spel is reeds gespeeld met 2 groepen op het Hier Opgewekt event in november 2014, met coöperaties en gemeentes in Hart van Brabant en op de All Energy Day in maart 2015. Plannen worden momenteel gemaakt met Hier Opgewekt en de Verenigde Energie Coöperaties Noord Brabant om het spel met coöperaties in gemeentes door het hele land te spelen. De ambitie is ten minste zo ten minste 100 initiatieven te bereiken en te versterken.
Alle onderzoekrapportages zijn openbaar en gepubliceerd op de project website. Via nieuwsberichten zijn deze onder de aandacht gebracht van de media en met veel interesse ontvangen en overgenomen door de vak(pers) waaronder Hier Opgewekt, Energeia, Energie Actueel, Groene Kwesties, etc. Ook worden de resultaten actief verspreid en gebruikt in het vormen van actieplannen binnen het netwerk en de achterban van de deelnemende consortiumpartners waaronder de brancheverenigingen Energie Nederland en Netbeheer Nederland, en de Verenigde Energie Coöperaties Noord Brabant.
Overtuig de jury:
Diversiteit
De diversiteit in het consortium is uniek. Het is bijzonder dat energie-coöperaties, energiebedrijven, netbeheerders en financiers – organisaties met vaak tegenstrijdige en/of concurrerende belangen die in de praktijk vaak tegenover elkaar staan – in dit project op zeer open en betrokken wijze hun ervaringen in de energietransitie van onderaf met elkaar hebben gedeeld.
Kwaliteit van de aanpak en impact van de resultaten
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) beoordeelde de mate waarin het project ruimte biedt voor evaluatie, reflectie en verspreiding van de projectresultaten als uitstekend. Gedurende het gehele project staat het delen van (tussentijdse) resultaten, verspreiden van kennis, evalueren en reflectie centraal bij alle deelnemers. Over de aanpak schreven ze: Het onderzoek voor de ontwikkeling van een set handelingsperspectieven en nieuwe samenwerkingsvormen, is vernieuwend door de integrale multi-level en multi-stakeholderbenadering waaronder het betrekken van een financier als gesprekspartner. De bijdrage van dit project aan de energietransitie werd beoordeeld als zeer goed, want met de resultaten, een set van handelingsperspectieven en nieuwe, getoetste en geëvalueerde, samenwerkingsvormen, is het mogelijk bij te dragen aan het vergroten van de realiseerbaarheid van energie-innovaties.
Uitvoering en opschaalbaarheid
Het project heeft met de ontwikkeling van de serious game een zeer aantrekkelijke en passende manier gevonden om de resultaten te verspreiden onder burgerinitiatieven. Martijn Messing, medeoprichter van de Verenigde Energie Coöperaties Noord Brabant over het spel: “Ik vind het echt heel goed dat resultaten uit een onderzoeksproject in zo’n krachtig spel gegoten zijn waarmee je de uitkomsten van het onderzoek ook echt ervaart. Complimenten aan TNO!